Reflectie afgelopen 3 weken.
Ik ben begonnen met het schetsen van de omgeving hoe ik die voor me zag. Ook heb ik toen meteen de hokjes getekend die ik in mijn hoofd had zitten. Ik kwam op een paar dezelfde uit als ik in periode 4 had geschetst. Hierna ben ik ook afbeeldingen gaan zoeken van abri's die ik op internet kon vinden zodat ik een beetje een beeld kreeg wat ik misschien wilde doen. Wat ook hielp was dat we een wandeling maakte door Den Bosch en daar inspiratie op deden. Ik zag dus op internet en in Den Bosch dat alle bushokjes en wachthokjes/abri's een klein huisje zijn met één opening. Het is een afgesloten hokje. Aan het eind van de eerste week zijn we gaan fietsen naar de locatie en daar heb ik foto's gemaakt. De omgeving was erg saai, maar door het hoogte verschil aan de Bernse kant was ik meteen geïnteresseerd. Nadat we hier geweest waren werd het me meteen duidelijk dat ik geen 'hokje' wilde of 'huisje'. Dit heeft als reden dat men niet afstapt van de fiets en in het hokje gaat staan waar je fiets zelf niet in kan en het hokje is saai en vies. Voor toeristen of mensen die er dagelijks komen is de abri geen spektakel. Dit vond ik een interessant gegeven en wil ik graag proberen om in mijn ontwerp de abri zo te creëren dat het een ervaring wordt en dat je er vaker terug wil komen om te genieten van het uitzicht en te bewonderen hoe de veerpont dag in en dag uit vaart.
Wat me opviel aan de omgeving is dat aan de zuidkant van de Bernse veer een dijk ligt en aan de noordkant dat het een vlakte is. De wind speelt een hele grote rol en is erg bepalend. De kou die de wind mee kan brengen is niet prettig en men wil liever uit de wind staan als men stil staat.
Zelf weet ik dat ik liever niet van mijn fiets stap als ik bij een stoplicht of als ik even moet wachten. Ik leun dan liever tegen een paaltje of tegen een muur zodat ik op mijn fiets kan blijven zitten. Het wachten bij het veer is verschillend. Dit kan 3 minuten duren maar ook 8 minuten of langer. De dagelijkse fietsers die hier komen zullen niet altijd de behoefte hebben om af te stappen van hun fiets en willen liever op de fiets blijven zitten en uit de wind te staan. Hier wil ik gebruik van maken in mijn abri. Ik wil proberen dat de dagelijkse fietsers een zo goed en gemakkelijke doorgang krijgen, zonder dat ze verplicht worden af te stappen of ongemakkelijk op hun fiets te staan.
Ik ben hierna een mind map gaan maken en schets maquettes van de geschetste abri's. In de mind map kwam naar voren dat fietsers graag hun fiets dichtbij houden, liever niet afstappen als ze kort moeten wachten, vaak te lui zijn om af te stappen, liever door willen fietsen en niet eerst af moeten stappen om terug te rijden en dan door te fietsen. Qua toerisme moet het een bezienswaardigheid zijn, aantrekkelijk, informatief en nieuwsgierig makend.
Wat mensen nodig hebben als ze wel afstappen is een plek waar ze hun fiets neer kunnen zetten en kunnen blijven zien, te kunnen zitten/liggen, uit de wind kunnen staan en/of droog kunnen staan.
Wat mensen nodig hebben die niet afstappen is een mogelijkheid om ergens tegen aan te leunen, uit de wind kunnen staan, ergens op kunnen staan, op je fiets blijven zitten.
Ik ben begonnen met het schetsen van de omgeving hoe ik die voor me zag. Ook heb ik toen meteen de hokjes getekend die ik in mijn hoofd had zitten. Ik kwam op een paar dezelfde uit als ik in periode 4 had geschetst. Hierna ben ik ook afbeeldingen gaan zoeken van abri's die ik op internet kon vinden zodat ik een beetje een beeld kreeg wat ik misschien wilde doen. Wat ook hielp was dat we een wandeling maakte door Den Bosch en daar inspiratie op deden. Ik zag dus op internet en in Den Bosch dat alle bushokjes en wachthokjes/abri's een klein huisje zijn met één opening. Het is een afgesloten hokje. Aan het eind van de eerste week zijn we gaan fietsen naar de locatie en daar heb ik foto's gemaakt. De omgeving was erg saai, maar door het hoogte verschil aan de Bernse kant was ik meteen geïnteresseerd. Nadat we hier geweest waren werd het me meteen duidelijk dat ik geen 'hokje' wilde of 'huisje'. Dit heeft als reden dat men niet afstapt van de fiets en in het hokje gaat staan waar je fiets zelf niet in kan en het hokje is saai en vies. Voor toeristen of mensen die er dagelijks komen is de abri geen spektakel. Dit vond ik een interessant gegeven en wil ik graag proberen om in mijn ontwerp de abri zo te creëren dat het een ervaring wordt en dat je er vaker terug wil komen om te genieten van het uitzicht en te bewonderen hoe de veerpont dag in en dag uit vaart.
Wat me opviel aan de omgeving is dat aan de zuidkant van de Bernse veer een dijk ligt en aan de noordkant dat het een vlakte is. De wind speelt een hele grote rol en is erg bepalend. De kou die de wind mee kan brengen is niet prettig en men wil liever uit de wind staan als men stil staat.
Zelf weet ik dat ik liever niet van mijn fiets stap als ik bij een stoplicht of als ik even moet wachten. Ik leun dan liever tegen een paaltje of tegen een muur zodat ik op mijn fiets kan blijven zitten. Het wachten bij het veer is verschillend. Dit kan 3 minuten duren maar ook 8 minuten of langer. De dagelijkse fietsers die hier komen zullen niet altijd de behoefte hebben om af te stappen van hun fiets en willen liever op de fiets blijven zitten en uit de wind te staan. Hier wil ik gebruik van maken in mijn abri. Ik wil proberen dat de dagelijkse fietsers een zo goed en gemakkelijke doorgang krijgen, zonder dat ze verplicht worden af te stappen of ongemakkelijk op hun fiets te staan.
Ik ben hierna een mind map gaan maken en schets maquettes van de geschetste abri's. In de mind map kwam naar voren dat fietsers graag hun fiets dichtbij houden, liever niet afstappen als ze kort moeten wachten, vaak te lui zijn om af te stappen, liever door willen fietsen en niet eerst af moeten stappen om terug te rijden en dan door te fietsen. Qua toerisme moet het een bezienswaardigheid zijn, aantrekkelijk, informatief en nieuwsgierig makend.
Wat mensen nodig hebben als ze wel afstappen is een plek waar ze hun fiets neer kunnen zetten en kunnen blijven zien, te kunnen zitten/liggen, uit de wind kunnen staan en/of droog kunnen staan.
Wat mensen nodig hebben die niet afstappen is een mogelijkheid om ergens tegen aan te leunen, uit de wind kunnen staan, ergens op kunnen staan, op je fiets blijven zitten.
In de lessen ben ik meer schetsen gaan maken van de vormen
en verschillende manieren van de muren hoe ze zouden kunnen staan. Ook wil ik
graag met het fietspaaltje van Marcus Abrahamsson gaan werken. Dit fietspaaltje
is gemaakt voor fietsers die moeten wachten bij het stoplicht. Zo lopen
fietsers minimale vertraging op bij een verkeerslicht. Ik vond dit een
interessant ontwerp en gegeven en wil dit graag in mijn ontwerp gebruiken en
mijn eigen draai eraan geven. Dit kan
door middel van een paaltje of door handvatten aan de muur.
Ook ben ik gaan nadenken over een onderzoeksvraag. Dit vond
ik moeilijk om te benoemen, want mijn concept, tegenstelling van het wel en
niet afstappen, kan ik moeilijk in één zin benoemen. Daarom heb ik na een
aantal onderzoeksvragen gekozen voor de onderzoeksvraag: Hoe bevorder ik de
doorgang en benadruk ik het afstappen? Bij deze vraag is nog uitleg nodig,
omdat ik het concept niet in één zin kan benoemen maar wel het grootste deel
ervan.
Op dit moment laat ik mezelf beperken door het hoofddoel het
vandalisme. Ik merk dat ik te statisch en te praktisch werk en mezelf niet de
vrije loop geef. Ik zou zelf graag met hout willen werken, maar omdat ik weet
dat het niet kan laat ik het achterwege. De beleving is het conflict van het
wel en niet afstappen. Dit 'conflict' wil ik meer weer gaan geven in materiaal
en in vorm. Het toeristische en de dagelijkse fietser.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten